Webwopper
Image default
Dienstverlening

Persoonlijkheidsstoornis en comorbiditeit – De Adolescente Brein met Geneesmiddel

Borderline persoonlijkheidsstoornis (BPD) wordt gekenmerkt door een vasthoudende patroon van wispelturige emotionaliteit, instabiele relaties, impulsief en zelfbeschadigende gedrag (bijv. vreetbuien, sensueel promiscuïteit,geneesmiddel gebruik), en herhaalde suïcidale gebaren.

Psychologen die gespecialiseerd zijn in het behandelen van BPD hebben succesvol met vele individuen met de diagnose BPD gewerkt, door hun te helpen met het bouwen van een bewustwordingen omtrent hun emoties en het verminderen van schadelijk gedrag. Echter onderzoek toont aan dat individuen met BPD een groter risico hebben voor bijkomende psychiatrische condities die naast elkaar bestaan. 

Studies hebben laten zien bijvoorbeeld dat 61% en 87% van de individuen met een BPD diagnose ook onder zware depressies lijden. Vergelijkbare percentages zijn te vinden voor stoornissen zoals post traumatische stress stoornis, paniekstoornis en eetstoornissen.

Door het feit dat deze stoornissen in hoge mate samen voorkomen, is een nauwkeurige psychologische beoordeling extreem belangrijk, omdat het individu dan de juiste behandeling krijgt die alle diagnoses behandelt. Diepgaand psychologische beoordelingen van individuen die meerdere condities hebben kan helpen in de garantie dat een nauwkeurige diagnose ook de beste grondige zorg voor het individu betekent.

In onderzoek wordt gesuggereerd dat tieners sneller verslaafd raken en vaker een terugval hebben dan volwassenen, omdat hun ontwikkelende hersens meer gemotiveerd worden door geneesmiddel-gerelateerde signalen.

Adolescente ratten die cocaïne kregen hadden meer kans dan volwassenen voor een voorkeur van de plaats waar ze het vandaan hadden gekregen, wat aangeeft dat er een hogere sensitiviteit is voor geneesmiddel-associeerde omgevingen.

Verder onderzoek laat zien dat mensen met persoonlijkheidsstoornissen en emotionele stoornissen (bijv. depressie, angst en fobieën) hun emoties op een vergelijkbare wijze beleven.

In essentie komen ze in een neerwaartse spiraal terecht waarin ze de eerste negatieve emotie niet kunnen accepteren; ze proberen de emotie kwijt te raken; en ze kunnen problemen hebben met het reguleren en loslaten van de emotie. Psychologen combineren verschillende technieken om hun cliënten te helpen om vaardigheden te ontwikkelen zodat ze negatieve emoties kunnen accepteren en loslaten, en verder kunnen gaan. 

Na de verwijdering van de geneesmiddel-gerelateerde voorkeur, liet een kleine dosis de voorkeur weer opvlammen, maar alleen in adolescente ratten. Deze resultaten versterken voorgaand bewijs dat tienerhersens makkelijker blijven steken op geneesmiddel-gerelateerde stimuli dan volwassene hersens, en dat ze makkelijker verslaafd raken.

Corticale remodelleren, het associëren van beloningssignalen met consequenties, en blootstelling aan geneesmiddelen tijdens de adolescentie kan tot geneesmiddel-gerelateerde associaties leiden die extreem moeilijk te veranderen, verminderen of elimineren zijn. Adolescente verslaafden kunnen mogelijk atypische strategieën voor drugsmisbruik interventie nodig hebben zoals langere behandelingsduur en het vervangen van de beloning met iets anders zoals sport of muziek.

https://www.depsycholoog.nl/nijmegen